Nieuw discontopercentage in Engeland en Wales

Ook in Nederland wordt er een korting gehanteerd indien een letselschadevergoeding voor de toekomst ineens wordt afgerekend. Men noemt dit de kapitalisatiefactor. In deze factor is inbegrepen dat over toekomstige vergoedingen de komende jaren rendement verkregen kan worden. Aan de andere kant wordt het geld ook minder waard, de zogenaamde inflatie.  De percentages die hiervoor gehanteerd worden staan al jaren onder druk, omdat de rendementen van vroeger vanwege het lage rentepercentage niet meer behaald kunnen worden.

Het nieuwe discontopercentage in Engeland en Wales sluit aan op een uitspraak van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant. Die heeft namelijk onlangs bepaald dat bij de kapitalisatie van letselschade moet worden uitgegaan van de conceptrichtlijn van De Letselschade Raad. Dit betekent in de praktijk voor de eerste vijf jaar na de kapitalisatiedatum 1,3% rendement en 1,5% inflatie (-0,2% rekenrente), voor de daarop volgende 15 jaren: 2,2% rendement en 1,6% inflatie (0,6% rekenrente) en voor de jaren daarna (oftewel na het 20e jaar): 3,6% rendement en 1,9% inflatie (1,7% rekenrente).

De richtlijn waarop bovenstaande uitspraak leunt is nooit door de Letselschade Raad aangenomen. Slachtofferadvocaten bepleiten dat deze conceptrichtlijn een beter uitgangspunt vormt dan de vroeger gehanteerde 6% rente en 3% inflatie. De richtlijn is tot stand gekomen na diverse overleggen in een werkgroep met experts.